Kan en mag ik als werkgever tijdens het dienstverband vakantiedagen verrekenen en/of uitbetalen op uitdrukkelijk verzoek van mijn werknemer?

De wet is hier eigenlijk heel duidelijk over: dit is alleen toegestaan voor de bovenwettelijke vakantiedagen en dan ook nog slechts onder bepaalde voorwaarden. Voor de wettelijke vakantiedagen geldt dat dit nooit mogelijk is, alleen bij het einde van het dienstverband. Dit laatste blijkt uit een uitspraak van het Europese Hof van Justitie.

Een werknemer heeft bij een volledige werkweek (een vijfdaagse week van acht uren per dag en van veertig uren per week) op basis van de wet recht op twintig vakantiedagen per jaar (vier maal het aantal uren dat men werkt per week). Dit zijn de wettelijke vakantiedagen. Een werknemer heeft in de praktijk vaker recht op meer vakantiedagen dan twintig. In een CAO of in een reglement worden dergelijke zaken nader bepaald of tussen de werkgever en werknemer bestaan daarover in de individuele arbeidsovereenkomst concrete andere afspraken. Deze extra vakantiedagen zijn dan de bovenwettelijke vakantiedagen.

Op grond van artikel 7:640 BW kan de werkgever de vakantiedagen die het wettelijk minimum te boven gaan wel afkopen indien de werknemer daar prijs op stelt.

Voor de wettelijke vakantiedagen geldt daarentegen het navolgende: een werknemer die in een bepaald jaar zijn jaarlijkse minimumvakantie niet of niet volledig heeft opgenomen, mag in hetzelfde jaar of in het jaar daaropvolgend geen financiële vergoeding ontvangen van de werkgever. De redenering daarvoor is als volgt: de jaarlijkse minimumvakantie zoals deze is vastgelegd in de Europese richtlijn, is gericht op het verbeteren van de levensomstandigheden, is bedoeld ter verbetering van de arbeidsvoorwaarden en voor de veiligheid op het werk en dient ter bescherming van de gezondheid van de werknemer. Vakantie heeft een recuperatiefunctie, vakantiedagen zijn bedoeld om uit te rusten van gedane arbeid. Daarom is het afkopen van de (overgebleven) minimumvakantie in strijd met genoemde richtlijn. Ook een bepaling in de arbeidsovereenkomst dat in het loon een bedrag is begrepen ter compensatie van vakantiedagen is niet geldig.

Het tussentijds uitbetalen van de wettelijke vakantiedagen is dus niet mogelijk (artikel 7:640 lid 1 BW), het uitbetalen van de bovenwettelijke vakantiedagen is alleen dan mogelijk als dat schriftelijk is overeengekomen tussen werkgever en werknemer (artikel 7:640 lid 2).

Vakantiedagen, wettelijk of bovenwettelijk, welke een werknemer bij het einde van het dienstverband nog over heeft, mogen wel worden uitbetaald.

Sterker nog, indien een werknemer uitbetaling wenst op dat moment, dan mag een werkgever dit niet weigeren. Dit blijkt uit artikel 7:641 BW.

Over de uitbetaalde vakantierechten bij einde dienstverband, dus over de niet genoten vakantiedagen, geeft artikel 7:641 lid 3 BW nog iets bijzonders aan. De ex-werkgever betaalt deze dagen uit in geld maar deze dagen kan de werknemer als onbetaald verlof bij zijn nieuwe werkgever alsnog opnemen.

mr. Sabrina Geurts