Op 15 december 2021 heeft de Rechtbank Gelderland een belangrijke uitspraak gewezen op het gebied van bestuurdersaansprakelijkheid, die een schuldeiser de mogelijkheid geeft om het bestuur van een door middels van een ‘turboliquidatie’ ontbonden vennootschap aansprakelijk te stellen. In deze uitspraak laat de rechtbank zien onder welke omstandigheden het bestuur / de bestuurder aansprakelijk is voor de vordering van een crediteur die als gevolg van de liquidatie van de vennootschap achter het net vist.

Wat was de casus die aanleiding gaf tot deze uitspraak?
Een vennootschap (A) is bij verstek veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan een andere vennootschap (B). Vóór die veroordeling heeft binnen de groep waartoe A behoorde een herstructurering plaatsgevonden, waarbij (aandelen van) vennootschappen zijn overgeheveld aan andere vennootschappen binnen en buiten de groep. Als gevolg hiervan is vennootschap A ontbonden zonder dat vereffening van haar vermogen heeft plaatsgevonden. Dit wordt een ‘turboliquidatie’ genoemd. Het besluit tot deze turboliquidatie is vijf dagen ná het uitbrengen van de dagvaarding die tot de uiteindelijke veroordeling van A heeft geleid, genomen.

De door A gedreven onderneming is voortgezet door een andere vennootschap. De schulden van A zijn overgenomen door de moedermaatschappij. De schuld van A aan B, zit daar echter niet bij. Aangezien A nadien door middel van turboliquidatie is ontbonden en rechtens dus niet meer bestaat, kan B zich niet meer wenden tot A voor voldoening van haar vordering.

B laat het daar echter niet bij zitten. Zij stelt de directe en indirecte bestuurders/aandeelhouders van A aansprakelijk voor de schade die zij lijdt vanwege het niet kunnen verhalen van haar vordering op B. De grondslag van haar vordering is gebaseerd op het feit dat de directie middels de turboliquidatie van A heeft bewerkstelligd of toegelaten dat A haar betalingsverplichting jegens B niet meer is nagekomen.

Bovendien zou de directie, tevens aandeelhouder van A, verwijtbaar hebben gehandeld door geen rekening te houden met de belangen van B als schuldeiser van A wanneer de activiteiten van laatstgenoemde rauwelijks worden beëindigd.

Ook is met activa geschoven om de verhaalsmogelijkheden van crediteuren van A te frustreren.

De rechtbank oordeelt of sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid, vanwege het overdragen van een onderneming aan een andere vennootschap met achterlating van B als schuldeiser. De rechtbank stelt voorop dat in beginsel alleen A (de vennootschap als zodanig) aansprakelijk is voor de schade. Op dat uitgangspunt kan slechts onder bijzondere omstandigheden een uitzondering worden gemaakt, in die zin dat naast de rechtspersoon ook de bestuurder aansprakelijk kan zijn. Daarvoor is vereist dat de bestuurder ‘een persoonlijk ernstig verwijt’ kan worden gemaakt. Of daarvan sprake is, hangt af van de aard en ernst van de normschending en de overige omstandigheden van het geval. Daarvan is in dit geval sprake, onder meer omdat het op de weg van de bestuurder/aandeelhouder had gelegen om rekening te houden met een veroordeling van A tot betaling aan B. Met het vlak voor de turboliquidatie overnemen van alle schulden, met uitzondering van de schuld aan B, is naar het oordeel van de rechtbank sprake van ‘frustratie van betaling en verhaal’. Immers, de overige schuldeisers van A kunnen hun vordering wel verhalen op de vennootschap die de schulden heeft overgenomen.

Uit de uitspraak van de Rechtbank Gelderland volgt dat aan een herstructurering als onderdeel of in het zicht van een turboliquidatie de nodige aansprakelijkheidsrisico’s kleven voor de individuele bestuurder en dan vooral wanneer de turboliquidatie wordt gebruikt om verhaalsmogelijkheden van schuldeisers van de geliquideerde vennootschap te frustreren.
Een geruststelling voor de bestuurder: de aansprakelijkheid wordt niet al te snel aangenomen. De bewijslast voor de schuldeiser die stelt te zijn benadeeld ligt hoog. In het hiervoor besproken geval was het echter overduidelijk dat sprake was van een bewust frustreren van verhaalsmogelijkheden van een individuele schuldeiser.

Wenst u meer te weten over de begrippen ‘turboliquidatie’ en bestuurdersaansprakelijkheid of verlangt u advies omtrent een concrete casus, neem dan gerust contact op met ons kantoor.
Onze juristen staan u graag met raad en daad bij.

mr. Frank Groenendal